Korte toelichting uitspraak verschil vrijspraak strafrecht, schadevergoeding civiel recht

Hoe kan het dat je in het strafrecht wordt vrijgesproken, maar toch veroordeelt wordt tot het betalen van schadevergoeding voor “hetzelfde” feit in het civiel recht? Het is niet iets dat alleen in Amerika gebeurd, zoals destijds bij O.J. Simpson. Nadat O.J. Simpson in 1995 vrijgesproken was van moord, werd in het civiele recht door een jury unaniem geoordeeld dat O.J. Simpson aansprakelijk was voor de dood van Goldman & Brown (*Nederland heeft geen juryrechtspraak). Hiervoor werd hij veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van 34 miljoen dollar. In deze zaak gebeurd iets vergelijkbaars ten aanzien van een vrijspraak van poging tot moord. Het Hof Den Haag sprak de verdachte vrij van poging tot moord. De rechtbank Den Haag oordeelt civielrechtelijk dat voldoende vaststaat dat de schade door gedaagde is veroorzaakt en dat hij daarvoor aansprakelijk is.

Dit heeft te maken met de grondslagen van de verschillende rechtsgebieden. In het strafrecht wordt een verdachte vervolgt door de overheid en gaat het om de vraag of wettelijk & overtuigend kan worden vastgesteld dat de verdachte het feit heeft gepleegd.

In het civiele recht spreekt de ene partij een andere partij aan. In dit geval stelde de eiser dat gedaagde een onrechtmatige daad had gepleegd, waardoor hij schade had opgelopen. De onrechtmatige daad zou hebben bestaan uit het beschieten van eiser. In het civiele recht hoeft iets niet wettig & overtuigend bewezen te worden en ook gelden andere regels voor het bewijsrecht. De civiele rechter is ook niet gebonden aan een strafrechtelijke vrijspraak. Let op! De civielrechtelijke rechter is wel gebonden aan een strafrechtelijke veroordeling. In dat geval levert de veroordeling dwingendrechtelijk bewijs op (art. 161 Rv).

Waarom is dit onderscheid van belang? Soms wil je als slachtoffer genoegdoening en/of een schadevergoeding, terwijl een strafrechtelijk onderzoek lang kan duren en/of onvoldoende bewijs oplevert. Ook ben je in het strafrecht afhankelijk van de politie en het Openbaar Ministerie. In bepaalde gevallen kan het daardoor verstandiger en/of sneller zijn om zelf een civielrechtelijke procedure aanhangig te maken. Let op! Het civiel recht heeft verder natuurlijk zijn eigen regels en risico’s. Daarom is het altijd goed contact op te nemen met een jurist/advocaat als er een dergelijke kwestie speelt.

Gegevens uitspraak schadevergoeding in het civiel recht

Referentie: ECLI:NL:RBDHA:2024:9296
Rechtbank: Rechtbank Den Haag
Zaaknummer: C/09/649793 / HA ZA 23-569
Datum: 19-06-2014
Onderwerp: schadevergoeding, strafrecht, civiel recht, onrechtmatige daad
Relevante wetgeving: art. 6:162 BW, art. 152 lid 1 Rv
Rechtsoverwegingen: 4.2, 4.3, 4.4, 4.14

Lees de uitspraak op rechtspraak.nl

Rechtsoverwegingen

Civielrechtelijke grondslag voor schadevergoeding: toerekenbare onrechtmatige daad

4.2De rechtbank stelt voorop dat – en partijen hebben dat ook onderkend – de strafrechtelijke vrijspraak door het hof niet in de weg hoeft te staan aan het aannemen van civielrechtelijke aansprakelijkheid. De civiele rechter maakt een eigen afweging op basis van het in de civiele procedure vastgestelde feitencomplex. In een civiele procedure kan op grond van artikel 152 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) bewijs worden geleverd door alle middelen. Op grond van lid 2 van deze bepaling is de waardering van het bewijs aan de civiele rechter overgelaten, tenzij de wet anders bepaalt. Dat laatste is het geval in artikel 161 Rv: een in kracht van gewijsde gegaan, op tegenspraak gewezen vonnis waarbij de Nederlandse strafrechter bewezen heeft verklaard dat iemand een feit heeft begaan, levert dwingend bewijs op van dat feit. Deze bepaling ziet (alleen) op een strafrechtelijke veroordeling. Aan een strafrechtelijke vrijspraak komt in een civiele procedure dan ook geen dwingende bewijskracht toe. Bovendien geldt in het civiele recht een ander bewijscriterium dan in het strafrecht. In de onderhavige procedure moet worden beoordeeld of sprake is van een redelijke mate van zekerheid dat het desbetreffende feit zich heeft voorgedaan. Deze lat ligt lager dan de (bewijs)lat in het strafrecht, waar moet worden beoordeeld of het ten laste gelegde feit buiten redelijke twijfel is komen vast te staan.

4.3[eisers] . hebben hun standpunt dat [gedaagde] toerekenbaar onrechtmatig jegens hen heeft gehandeld concreet toegelicht en onderbouwd met verwijzing naar (een deel van) het strafdossier. [gedaagde] betwist dat hij onrechtmatig heeft gehandeld. De rechtbank is van oordeel dat hier met een redelijke mate van zekerheid kan worden vastgesteld dat [eiser] op 6 mei 2020 door [gedaagde] is beschoten. Zij komt tot dit oordeel gelet op de volgende (uit de bewijsmiddelen af te leiden) feiten en omstandigheden, in onderling verband en samen bezien (…)

4.4

Het voorgaande betekent dat in deze procedure voldoende is komen vast te staan dat [gedaagde] toerekenbaar onrechtmatig heeft gehandeld, waarmee in beginsel een civielrechtelijke grondslag tot schadevergoeding is gegeven. Wat daartegen door [gedaagde] in deze procedure is aangevoerd – hierna onder 4.5-4.14 te bespreken – leidt naar het oordeel van de rechtbank niet tot een ander oordeel over het onrechtmatig handelen door [gedaagde] .

4.14

[gedaagde] heeft ten slotte betoogd dat het feit dat het hof de ochtend na de zitting ambtshalve de voorlopige hechtenis heeft opgeheven, erop duidt dat het hof absoluut overtuigd moet zijn geweest van de onschuld van [gedaagde] . De rechtbank overweegt dat een dergelijke (ambtshalve) beslissing van het hof bij een vrijspraak gebruikelijk is. Bovendien geldt dat, zoals hiervoor is overwogen, de civiele rechter een eigen afweging maakt, op basis van een ander bewijscriterium. Ook dit betoog leidt niet tot een ander oordeel.