Wat hebben vrijheid van meningsuiting en belediging met elkaar te maken? En wanneer is er sprake van een strafbare belediging? Dat lees je in dit artikel.

Strafbare belediging, artikel 266 van het wetboek van Strafrecht

Uit artikel 266 Sr kunnen we opmaken wanneer er sprake is van een strafbare belediging.

Wat: (1)
elke opzettelijke belediging.
[iemand moet (kunnen) weten dat wat hij/zij/hen doet beledigend is.]
Dat: (1) geen smaad, of (2) smaadschrift, is.
[Dat zijn aparte strafbare feiten met een hoger strafmaximum.]
Hoe: (1) mondeling, (2) afbeelding of geschrift, (3) andere feitelijkheden.
[Het projecteren of op andere manieren iets tot uiting brengen kan dus ook beledigend zijn.]
Waar: (1)  in het openbaar, (2) in iemands aanwezigheid, (3) door toezending of aanbieding
[Iemand hoeft niet zelf bij de belediging aanwezig te zijn. Hij/zij/hen kan het van iemand te horen/gezien hebben gekregen. Of het kan aan diegene toegestuurd zijn.]
Strafbedreiging: maximaal 3 maanden gevangenisstraf of een geldboete van de tweede categorie (max €4.500,00)
Richtlijnen rechtbank: €150,00 (kan verhoogd worden met 33% tot 100% als de belediging gericht is tegen bijvoorbeeld een politieagent, ambtenaar of professionele hulpverlener.*)

*Afhankelijk van de belediging en de vraag of iemand eerder met justitie in aanraking is gekomen kan er afgeweken worden van de orientatiepunten.

Belediging is een klachtdelict

Belediging is een zogenaamd “klachtdelict” (art. 269 Sr). Iemand moet zich beledigd voelen en laten weten dat hij/zij/hen vervolging wenst. Dit kan bijvoorbeeld gedaan worden in de aangifte of een melding na de aangifte.

De omstandigheden van het geval

Of iets beledigend is hangt uiteindelijk (zoals heel veel in de juridische wereld) af van de omstandigheden van het geval. Iets wat in de ene situatie niet beledigend is, kan dat in een andere situatie dus wel zijn.

Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van woorden die “naar hun aard” al beledigend zijn, of woorden die “afhankelijk van de omstandigheden” beledigend zijn. Zo is het woord “homo” op zichzelf niet beledigend, maar kan het in een beledigende context wel een strafbaar feit opleveren.

ACAB (all cops are bastards) kan ook beledigend zijn, omdat inmiddels bij iedereen bekend mag worden gesteld wat deze letters betekenen. Daarmee kunnen dus letters/woorden die eerst niet beledigend waren, dat later wel zijn.

Iemands eer of goede naam

Er is sprake van een strafbare belediging wanneer iemands eer of goede naam is aangedaan/aangetast. Dat houdt bijvoorbeeld ook in dat niet elk vervelend woord een belediging op zal leveren. Zo zal tegenwoordig het woord “vlegel” niet zo snel iemands eer of goede naam aantasten.

– Bij “eer” moet worden gedacht aan het respect dat de persoon toekomt.
– Bij “goede naam” aan de reputatie die de persoon in het maatschappelijk verkeer geniet.

Uitzonderingen

Niet in alle gevallen zal er sprake zijn van een strafbare belediging. Zo kan het strafbare karakter ontbreken bij een artistieke context of een maatschappelijk debat. Denk bijvoorbeeld aan een parodie, of een maatschappelijke discussie. Wel is het in die gevallen belangrijk dat de bewoordingen/uitingen niet  “onnodig grievend” zijn.

Ook kan de strafbaarheid van het feit of de dader wegvallen wanneer er een uitsluitingsgrond aanwezig is. Bijvoorbeeld vrijheid van godsdienst (wat je daar ook van vindt) en psychische overmacht.